De prille lentedag van 10 mei 1940 wordt geboren met het geronk van Duitse vliegtuigen, ze hangen heel hoog boven de stad Eeklo. De piloten voelen zich veilig en trekken zich niets aan van het Belgische afweergeschut.

Het is oorlog !!!!

Soldaten haasten zich op overvolle treinen naar hun eenheid. De scholen blijven dicht omdat het grootste deel van de onderwijzers ook gemobiliseerd zijn.

Rond 13u rollen Franse gemotoriseerde troepen de stad Eeklo binnen. Ze rijden richting Zelzate en Nederland.

Kort na 14 u is er luchtalarm en een paar minuten later wordt Eeklo overvlogen door Duitse vliegtuigen, meestal Stuka’s. Het in actie tredend afweergeschut schijnt ze niet het minst te hinderen. Een Franse colonne houdt halt in de bosjes van de Brugsesteenweg en zoeken dekking onder de bomen.  Er zijn geweldige explosies te horen van bommen die door de duikende vliegtuigen worden afgeworpen op de Franse troepen. Nabij huisnummer 163 in de Brugse Steenweg komen een Franse Luitenant en soldaat om het leven nadat een bom naast hun motor ontploft.

Een paar minuten later sneuvelen nog twee militairen door granaatscherven van de uiteenspattende bommen. Dezelfde tijd word Eeklo aangevallen.

De eerste bommen vallen op de Peignage d’Eekloo waar de wolkaarderij zwaar beschadigd wordt, in de nabijgelegen fabriek van Duvieusart breekt brand uit.

Aan de ingang van de Eeklose vaart liggen verscheidene binnenschepen gezonken en in de nabijgelegen kolenopslagplaatsen langs de Tieltse Steenweg is er grote bommenschade.

Ook de ijzergieterij De Sweemer Ernest wordt volledig vernield. Op verscheidene  plaatsen in de Zuidmoerstraat komen kleine brandbommen terecht en tijdens die luchtaanval wordt de hoeveknecht van het gesticht in het weiland van het klooster gedood.

Het luchtbombardement gaat verder, nu op het station van Eeklo. Dit openbaar gebouw wordt licht geraakt. De wolweverij van Benjamin Van Den Driessche langs de Gentse Steenweg incasseert ook enkele treffers.

7 Eeklonaren worden gedood en 4 Franse soldaten.

De slachtoffers waren :


August Van Den Berghe

Marie Rosalie Van Den Avijle.

Kamiel Julien Van Lancker.

Emile Eugéne De Jaeger.

Simona Magdalena De Mey. (12 jaar)

Camile Goethals.

Zuster Veronica.


Luitenant Jacques J. Garreau .

Luitenant Philippe Yves Lestelle.

Soldaat Jean P. Leichat.

Soldaat Bernard D. Ruffin.

                                                                                         



De Franse Luitenant J. Garreau.

De beschadingen in de Zuidmoerstraat na de bombardementen van 10 mei.

Een luchtfoto genomen na 28 mei van het Psychiatrisch Centrum Sint-Jan in de Oostveldstraat te Eeklo. ,,Over d' IJzers, zoals ze in de volksmond wordt genoemd.  Het gebouw met het beschadigd dak is de loods voor de locomotieven te plaatsen.

De vele personen op het voorhof van het St Jan-Instituut zijn Belgische krijgsgevangenen.

De treinloods.

Bomschade in het begin van de Oostveldstraat.

De beschadigingen aan de fabriek Vanden Driessche.       

De voorgevel van “India Jute Company“ na het bombardement van 10 mei 1940 en de wekenlange brand.   

De verwoeste gebouwen van “India Jute Company“.

Het machinepark van “India Jute Company “.

De opslagplaats van “ India Jute Company “.

Kop van de vaart te Eeklo, gezonken binnenschepen.

Tieltsesteenweg Eeklo.

Iets verder langs de vaart, nog een gezonken binnenschip.

Loopgrachten in OLV Ten-Doorn ter bescherming tegen luchtaanvallen.

Glasschade bij het OLV Ten-Doorn.

OLV Ten-Doorn.

Schade aan één van de slaapzalen van OLV Ten-Doorn.

Op 10 mei, rond 19.15u maakte een Heinkel He 111 bommenwerper van het Kampgeschwader 54 “Totenkopf” een noodlanding op de Kampel te Adegem. Het vliegtuig kwam tot stilstand op een weide in het Blekkersgat.

Er werd één dode, twee gewonden en één licht gekwetste uit het wrak gehaald door het vliegpersoneel van het vliegveld van Adegem. De drie gewonden werden afgevoerd naar het Militair Hospitaal van Brugge. De omgekomen vlieger, Stabsfeldwebel Adolf Huckelmann, werd begraven op het kerkhof van Steenbrugge.

De twee zwaargewonden, Staffelkapitän Stadelmeyer en Feldwebel Oskar Wolf, lagen op de dag van de Belgische capitulatie nog in het hospitaal en vervoegden na hun herstel weer bij hun eenheid.

Oberleutnant Felix Kriegeskotte, waarnemer van het neergestorte toestel, werd na zijn ondervraging naar Lombardsijde gestuurd en kwam uiteindelijk in Canada terecht als krijgsgevangene.


Een neergeschoten Heinkel He 111 bommenwerper van het Kampgeschwader 54 “Totenkopf”. .
Bemerk de doodshoofd juist achter de cockpit van het vliegtuig.

De volgende dag , zaterdag 11 mei , arriveerden de eerste vluchtelingen in Eeklo . Zoals in 1914 zochten en vonden ze toevlucht in OLV- ten-Doorn.

Die dag vertrokken de eerste jongemannen vanuit Eeklo, vaak per fiets naar Frankrijk . De regering had hen namelijk opgeroepen om naar ons buurland te trekken om daar het leger te vervoegen. Soldaat werden ze nooit, maar velen beleefden wel de zomer van hun leven , toen ze richting Bordeaux fietsten.



Zondag 12 mei bleven lange colonnes vluchtelingen door de stad trekken .

De volgende dag begroef Eeklo zijn eerste oorlogsdoden en dus ook de 12 jarige Simona De Mey. Diezelfde werden de eerste vermeende collaborateurs en Duits gezinden opgepakt.

Affiche van de gemeente Asch (As-Limburg) met oproeping aan alle mannelijke inwoners van 16 tot 30 jaar zich onmiddellijk naar Bassevelde te begeven.

Vluchtelingen aan de Markt te Eeklo.

Hubert Tilkens, soldaat bij het 3de genie.

Terwijl de stad verder overspoeld werd door vluchtelingen uit het binnenland, kreeg men er nog meer tragisch nieuws te verwerken. Rond Hasselt en Sleidinge waren de eerste Eeklose soldaten gesneuveld.

Medard Goethals, soldaat bij het 19de artillerie regiment, sneuvelt tijdens een luchtbombardement in de Weststraat te Sleidinge.

De Bruyne Maurits , soldaat 4de linie, werd gewond te Kuringen en stierf aan zijn verwondingen in het militair hospitaal te Hasselt.

Zijn laatse rustplaats te Eeklo.

Uit Eeklo vertrekken twee opgeroepen militairen, Trifoon Van De Gejuchte, soldaat bij het 6de artillerieregiment en Alfons Van Vlaenderen, soldaat bij het 3de linieregiment.

In Sijsele, langs de grote baan komen ze in een luchtaanval terecht waarbij Van De Gejuchte op slag wordt gedood.

Van Vlaenderen wordt zwaar in de zijde getroffen en wordt afgevoerd naar Brugge, doch hij sterft de volgende dag.

Trifoon Van De Gejuchte.

Alfons Van Vlaenderen.

Eeklonaar Gerard Pattyn, soldaat bij het 1e DTCA luchtafweergeschut sneuvelde op 23.05.1940 te Zeveren.

Cesar Van Den Berghe, hulpgendarm bij het rijkswachtbrigade te Eeklo sneuvelde op 20.05.1940 tijdens een luchtbombardement in Frévent, Frankrijk.

Verhasselt Albert , geboren te Eeklo op 01.03.1906.

Sneuvelde in Noord Frankrijk voor Gravelines aan de brug.

Voorlopig werd Verhasselt met 98 andere slachtoffers langsheen de vaart in een groot massagraf bijgezet.

Later werd hij overgeplaatst naar het stedelijk kerkhof van Gravelines.

Jan D'Haemers , soldaat bij het 3de TAA (hulptroepen van het leger) sneuvelde te Melle.

Domien Blanckaert wonend te Waarschoot, soldaat bij het 7de artillerie , sneuvelde op 19.05.1940 te Lokeren.

Urbaan De Wandel.

Geboren te Maldegem Kleit op 21.12.1911, gesneuveld te Brasschaat op 17.05.1940.

Soldaat bij het 34e Linie.

Het Meetjesland zelf kwam de tweede oorlogsweek door zonder noemenswaardige kleerscheuren. In het militair hospitaal in OLV-ten-Doorn stroomden de zwaargewonden en de lijken van dode Belgische soldaten wel steeds talrijker toe. Toen tegen het weekend van 18 en 19 mei bleek dat de Duitsers snel aan het oprukken waren, begonnen de eerste burgers hun hebben en houwen te pakken om naar Frankrijk en zelfs Engeland te vluchten .

Donderdag 23 mei was het normaal Eeklose jaarmarkt, maar veel volk om daarop af te komen was er niet. Integendeel .......

Eeklo werd zwaar gebombardeerd en verschillende huizen werden getroffen door Duitse bommen. De eerste bom viel op Blommekens. De tweede raakte het huis van R. De Smet in de Boelare. De derde reet het huis van Hubert De Baets uiteen en de vierde boorde zich in de woning van apotheker De Jaeger. De beide laatste gebouwen stonden op de markt.

Midden in de Sterrestraat ontplofte de vijfde bom en veegde het huis nr 18 weg waar de familie Lecompte woonde. De familie was in de kelder gevlucht, maar de bom viel recht op de woning en doodde de grootvader en de dochter van 14 jaar oud.


De schade aan het huis van Hubert De Baets, Markt 58, Eeklo.

Bidprentje van Alma Lecompte, 14 jaar oud.

Omgekomen bij het bombardement van 23 mei.

Zomergem kreeg op 23 mei ook een luchtaanval te verwerken.

August Termont, wonende in de Kasteeldreef te Zomergem, wilde na het luchtalarm toch nog zijn familie alarmeren maar hij werd onderweg, op een wegel, door vliegtuigkogels dodelijk geraakt.




August, met sigaar in de hand, tussen andere postbodes.

Met dank aan Joost Termont, achterkleinzoon van August, voor de info van zijn overgrootvader.
Foto August en de postbodes, bron onbekend.

De wegen geraken overvol met vluchtelingen.

Vluchtelingen die het slachtoffer waren van Duitse vliegtuigen.

De Belgische artillerie probeert de Duitse opmars te vertragen, op de wegen richting het afleidingskanaal stukgeschoten bomen.

Ondertussen had iedereen begrepen dat het Belgische leger geen partij was voor het Duitse. Ook de Fransen en de Engelsen waren niet in staat de Duitse opmars te stuiten. Velen begonnen hun vlucht richting Frankrijk of Engeland voor te bereiden. Het leger trok zich vanaf 19 mei 1940 terug achter het Schipdonkkanaal en de Leie om te wachten op de ultieme confrontatie met de Duitse troepen. De laatste Belgische regimenten trokken op 23 mei doorheen Eeklo richting Brugge. In de vroege ochtend van 24 mei staken de Duitsers het kanaal Gent-Terneuzen over en marcheerden ze in de richting van Eeklo. Rond 9 uur bereikten de voorposten van het 481e Infanterieregiment het Eeklose grondgebied.


De 18de divisie zal voor de nakende actie aan het Afleidingskanaal (Balgerhoeke-Veldekens) samengesteld worden uit de volgende eenheden:

•IIde bataljon van het 3Gr

•IIde bataljon van het 3C

•Iste bataljon van het 39Li

•IVde bataljon van het Regiment Speciale Vestingstroepen Antwerpen.

•7de Jagers te Voet

•1ste Carabiniers

•Groep Cyclisten van de 18de infanteriedivisie.


De 12de Infanteriedivisie bevindt zich nu aan het Afleidingskanaal tussen Veldekens en Ronsele. Het 2Li ligt op rechts, het 23Li op links. Van elk bataljon bevinden zich twee bataljons in de voorste vuurlinie. Het 22Li bezet het tweede echelon.

Troepen van het 456 infanterie regiment veroveren Zelzate .

Oberstleutnant Werner Schmidt-Hammer verlaat de Markt in Zelzate richting Groenstraat.

Observatiepost van de Duitsers in de suikerfabriek, met zicht op de Winkelstraat.

De 3de kompagnie van het 481ste Infanterie regiment in de Kerkstraat van Zelzate.

Tussen de Groenstraat en Fr.Wittoucklaan, een noodbrug over het kanaal Gent-Terneuzen te Zelzate.

De kerktoren van Ertvelde werd opgeblazen door de terugtrekkende Belgen.

De kerk van Ertvelde, mei 1940.

Een Duitse motorrijder met op het zijspan het logo van het 256ste infanteriedivisie passeert de vernielde kerk van Ertvelde.

Oberstleutnant Werner Schmidt-Hammer.

Regimentskommandeur van het 456ste I.R.
Op 26.05.1940 liep hij verwondingen op te Balgerhoeke.



Duitse troepen in Oosteeklo.
Ze naderen Eeklo.

Vernielingen in de Dorpstraat te  Oosteeklo.

Duitse gesneuvelden op het gemeentelijk kerhof van Oosteeklo.

Duitse soldaten van de 629e Schwere Artillerie Abteilung in Waarschoot.

Tijdens de gevechten aan het kanaal Gent – Terneuzen had het Belgische leger heel wat geschut in Waarschoot opgesteld met als gevolg dat het dorp regelmatig door de Luftwaffe werd bestookt.

Op vrijdag 24 mei slaagden de Duitsers erin het kanaal Gent–Terneuzen over te steken. Om 13u30 vielen de eerste soldaten in feldgrau de gemeente via Sleidinge binnen. De Belgische troepen hadden zich intussen achter het Schipdonkkanaal teruggetrokken.

In de nacht van zaterdag 25 en op zondag 26 mei werd Waarschoot beschoten door Belgische artillerie.. De kerk werd door verscheidene granaten getroffen maar liep geen noemenswaardige schade op. Het gebouw van de parochiale werken in de Nijverheidsstraat werd erg gehavend.


Kasteel Aveschoot (d'Alcantara) te Lembeke bezet door de Duitsers.

Eind mei 1940 werden 2 Engelse soldaten terechtgesteld in de hovingen van het kasteel.

Het waren 3 Engelse tanksoldaten die trachten naar Engeland te ontsnappen. Ze werden op 25.05.1940 rond 16.30u aangehouden te Lembeke, twee van hen hadden geladen revolvers bij zich. Alle 3 verklaarden genoeg te hebben van de oorlog, doch daar ze over de wrede behandelingen van de Duitsers hadden gelezen hadden ze hun revolvers, papieren en hondenpenning nog niet weggegooid.

De Duitsers vonden hun verhaal ongeloofwaardig en twee van hen werden gefusilleerd wegens wapendracht.  Ze werden begraven op het einde van de rozentuin, na de oorlog werden de graven naar een nabijgelegen militair kerkhof overgebracht.