Mobilisatie.
Het gros van het Belgische leger was onderverdeeld in drie categorieën van eenheden: actieve eenheden, eenheden van 1ste reserve en eenheden van 2de reserve. De actieve eenheden werden samengesteld uit de jongste klassen bij wie de militaire kennis nog fris in het geheugen zat. Ietwat oudere militairen werden ingedeeld in de eerste reserve en de oudsten maakten deel uit van de tweede reserve:
•actieve regimenten: klassen 36, 37, 38 en 39
•regimenten eerste reserve: klassen 32, 33, 34 en 35
•regimenten tweede reserve: klassen 28, 29, 30 en 31
Het Belgische leger mobiliseerdt voor de eerste maal op 27 september 1938 door de dreigende intocht van de nazi's in het Tsjechoslovaakse Sudetenland. Er werden 5 klassen reservisten opgeroepen om tesamen met de klas die onder de wapens was de 6 actieve infanteriedivisies en de 6 infanteriedivisies van 1ste reserve te vormen .
Het moreel van de wederopgeroepenen is uitstekend, ze zijn blij om hun kameraden van hun klas weer te zien en dit wordt dan ook uitbundig gevierd in de cafés.
Op 30 september is het oorlogsgevaar geweken, de Fransen en de Engelsen hebben een akkoord met Hitler die Tsjechoslovakije aan zijn Rijk mag toevoegen.
Op 2 oktober beslist de Belgische regering voor een verhaaste demobilisatie , dit had tot gevolg het onmiddellijk uiteenvallen van alle regimenten.
s'Avonds liepen massas soldaten langs de wegen en talrijke militaire treinen hinderde het normale spoorwegverkeer.
Het achtergelaten materiaal werd verzameld door de actieve regimenten, lichte mitrailleurs waren op straat blijven liggen naast schoenen en ander materiaal. In schuren vond men militaire kledingsstukken naast de garelen van de paarden. het was zo erg dat een landbouwer drie dagen na de demobilisatie naar Luik belde dat paarden - ambulancewagens - medische koffers - garelen en uitrustingstukken de gebouwen van zijn hoeve versperden. De dokter, verplegers en alle wederopgeroepenen hadden zich naar huis gespoed en alles in de steek gelaten.
De eerste uitgelaten militairen die terugkeren
naar de haardstede
Stationsplein Aalter, oktober 1938.
Foto - geschiedenisvanaalter.blogspot.be
Op 26 augustus 1939, een paar dagen voor het Duitse leger Polen binnenvalt, mobiliseerd het Belgische leger voor de tweede maal. De mobilisatie verloopt vlotter dan in 1938.
Om de goede werking van het land niet al te zeer te verstoren, werd de mobilisatie in verschillende fases opgesplitst:
Fase A (26 augustus 1939)
•1ste, 2de, 3de, 4de, 5de en 6de infanteriedivisies
•1ste divisie Ardeense Jagers
•1ste regiment Grenswielrijders, 2de regiment Grenswielrijders en het Bataljon Grenswielrijders Limburg
•1ste cavaleriedivisie
•2de cavaleriedivisie
•1ste, 2de en 3de luchtvaartregiment plus steuneenheden
•1ste regiment grondafweer tegen luchtdoelen
•2de regiment grondafweer tegen luchtdoelen
•vestingstroepen van Namen, Luik en Antwerpen
•een gedeelte van de ondersteunende eenheden
Fase B volgt reeds op 28 augustus.
•8ste en 11de infanteriedivisies
•2de divisie Ardeense Jagers
Ingevolge het snelle verloop van de gebeurtenissen wordt op 1 september , op het ogenblik dat de Duitse troepen Polen binnenvallen , fase C afgekondigd.
•7de, 9de, 10de en 12de infanteriedivisies
•1ste Licht Regiment, 2de Licht Regiment
•transporttroepen
•spoorwegtroepen
•territoriale eenheden
•een gedeelte van de bevoorradingstroepen
Fase D wordt in vier tijden voltrokken:
Eerste stap (11 september 1939)
•14de en 16de infanteriedivisies
Fase D - Tweede stap (20 oktober 1939)
•13de, 15de en 18de infanteriedivisies
Fase D - Derde stap (7 november 1939)
•17de infanteriedivisie
Fase E, de algemene mobilisatie, zal plaats hebben op de dag dat we aangevallen worden (10 mei 1940.)
Meer dan 600.000 burgers zouden onder de wapens geroepen worden - meer dan 8% van de bevolking.
De goede of mindere goede inkwartiering hangt af van de mogelijkheden die de kantonnementen bieden. In het begin van de mobilisatie worden scholen en openbare gebouwen opgeëist, later werden er houten barakken in de nabijheid van de stellingen opgetrokken.
De mobilisatie van veel mannen hindert de economische werking van het land. Onder druk van het Parlement schenkt de Regering een hele reeks vrijstellingen :
In oktober de mijnwerkers (een regiment uit Henegouwen verliest zomaar 700 man) en de mijningenieurs zijn de volgende die mogen afzwaaien .
Dan komen de vaders van grote gezinnen aan de beurt .
Dokters en verplegingspersoneel.
Het onderwijzend personeel.
Ambtenaren van het ministerie van Financien en gemeente ambtenaren.
En ook de industrie eist haar specialisten terug.
Om de vrijgestelde soldaten te vervangen dient beroep te worden gedaan op oudere militieklassen die natuurlijk misnoegd zijn de plaats van jongeren te moeten innemen.Terwijl de vrijgestelde normaal kunnen werken en geld verdienen krijgen zij die onder de wapens zijn aanvankelijk een soldij van 30 centiemen (oude Belgische franken) per dag. Later werd de soldij verhoogd tot één frank per dag (de prijs van één glas bier), en het toekennen van een militievergoeding van 8 tot 12 frank per dag.
Door de harde winter ( de winter van 39-40 was een zeer koude ) de vrijstellingen, de nood van hun families en de vermeende nutteloosheid van hun offer, worden de soldaten verbitterd en zij herhalen steeds:
Indien het land in gevaar is, geldt dit voor iedereen. Indien er geen gevaar dreigt, dat men ons vrij laat.
Door dit en vijandelijke propaganda breken er in een paar regimenten onrusten uit . De tucht is moeilijk te handhaven in de kantonnenmenten. De enige afdoende straf is het afschaffen van het verlof.
Door de lange mobilisatie kregen veel gezinnen financiele problemen.
De regering probeerde met een paar wetten de financiele last te verminderen.
Natuurlijk moest er eerst een attest geleverd worden aan de bevoegde instanties.
Dit attest is getekend door Luitenant Vankerckhoven, kommandant van de 4de compagnie van het eerste regiment Karabiniers.
Schilde 1940, infanteristen van het 2de linie bij het graven van loopgraven en veldversterkingen.
Belgische infanterist.
Een zeer zeldzame foto van Belgische en Duitse soldaten aan de grens van Belgie en Duitsland in
1939.
Verzameling -
A. Vandewalle.
Het 20ste linie ergens te velde, 1940.
Verlofbrief van soldaat A. Van Den Brande .
Twee dagen verlof aanvang 9 mei 1940.
Soldaat Van Den Brande stierf te Eeklo op 20 mei 1940.
Soldaten van het 2de linie regiment , Leopoldkazerne 1938.
De meeste van deze soldaten zagen aktie in Ronsele.
Een brief geschreven op 26.12.1939 naar een soldaat van het 22ste linie.
Een batterij van het 13de artillerie regiment. Het regiment vocht in het Meetjesland.
Grenadiers tijdens de mobilitatie in 1939.
Onderofficieren van het 1ste regiment Grenadiers 1939.
Piotten van het 4 linie, linksonder Granaatlanceerder type DBT.
28e Linieregiment tijdens de mobilisatie in 1939.
De winter van 39-40 was uiterst streng en het was geen lachertje om buiten te zijn in de vrieskoude.
Artilleristen aan hun kannon.
Winter 1939-40.
Belgische soldaat met MG opgesteld als luchtafweer.